Gisteren was ik op een feestje.

“Jij bent toch die Herman?! Leuk, je stukjes, ik lees ze elke week. Ik ben het er niet altijd mee eens hoor! Is dat nou niet moeilijk, om elke week weer een onderwerp te verzinnen?”

Mijn antwoord was: “Nee hoor! Er is elke week wel een onderwerp waar ik me druk over kan maken. Sterker nog: elke dag! Weet je wat ik vandaag op de radio hoorde?”

Daarop ontspon zich een gesprek waarbij ik ter plekke besloot dat het thema van deze week gaat over wat de media over ons uitstrooien. Het lijkt wel alsof ‘Ze’ er behagen in scheppen om ons constant met nieuwe angstgevoelens op te zadelen. Deze week had ik alweer dat gevoel dat ze helemaal van de pot gerukt zijn op de radio. Ik hoor reclame over binnenblijven en zelftesten kopen in verband met virussen, dat er zoveel mensen ziek worden van het koken op gas, dat we binnen moeten blijven omdat mogelijk glad kan zijn, dat we een helm op moeten omdat we op een snorfiets rijden die minder hard gaat dan een elektrische fiets – waarvoor geen helmplicht is… ‘t Lijkt wel steeds gekker te worden. Zo ook de berichtgeving over actiegroep Extinction Rebellion, na de terrorist de nieuwe te vrezen vijand. Maar als je even teruggaat in de tijd kom je ook rare angstmakers tegen. Herinnert u zich nog de vogelgriep, de Mexicaanse griep, de gekke koeienziekte, de blokkeerfriezen en de ontploffende kroketten c.q. colaflessen? En beseft u dat we een jaar geleden nog een soort van opgehokt zaten, met verplichte bekpampers, QR-codes en 1,5 meter afstand? Dat thuisbezoek (hoera!) toegestaan werd vanaf 15 februari? En dat we daarna nog overspoeld werden met de noodzaak tot boosters, terwijl het langzaam maar zeker duidelijk werd dat het hele coronaverhaal een grote farmafarce was? Nou, over dat soort dingen maken wij columnisten ons druk.

En dan zou ik daar deze week nog aan kunnen toevoegen: het recht om vreedzaam te demonstreren, de oversterfte, koude- dan wel hittegolven, energie- en benzineprijzen, de oorlogsretoriek rond Oekraïne, dienstplicht en CO2-neutraliteit. Maar ja … ik heb maar 280 woorden hè?