Je kent het wel: je kunt straks naar de film. Of naar een feestje. Naar een popfestival of naar een reünie. Op vakantie naar een warm land of kamperen. Heel veel keuzes. Je bent op plaats A en iemand vertelt je dat plaats B veel leuker was. Je hebt meteen spijt dat je voor A gekozen hebt. Je zit in een restaurant en je kiest de vis. Er blijft een graatje in je keel steken (had ik nu toch maar vlees genomen) en volgens je tafelgenote was het vlees ook veel lekkerder. Misschien heb je het idee dat je alle sociale momenten met beide handen moet aangrijpen. Maar als je heel eerlijk bent, heb je voor de helft van die activiteiten niet eens echt energie. En als je kiest voor het één kies je niet voor het ander. Plots gebeurt het. Het overvalt je als een regenbui op een zonnige stranddag: FOMO oftewel ’Fear Of Missing Out’.

Ik merk het dagelijks om me heen: mensen zijn bang om iets leuks te missen en daarom doen ze teveel. Als observant snap ik, dat hoeveel dingen je ook doet, je nooit op alle plekken tegelijk kan zijn. En dat elke keuze vóór iets een keuze tegen iets anders impliceert. Zoals mijn oude vader zei: “Het meer is nooit vol”. Er zal altijd iets te wensen overblijven. En er is er altijd iets te missen. Hoe belangrijk vind je dat zelf?  Is dat de reden om 10 dingen op een dag te doen met halve aandacht… Of word je woke en ga je vanaf vandaag één ding per dag doen, met aandacht?  En daar voorpret van hebben en van nagenieten? Ik geloof dat ik mijn keuze lang geleden al gemaakt heb. Genoeg is genoeg. Het gevoel om veel te dingen te moeten (missen) blijkt een keuze. Ter illustratie: als je vaak tv kijkt en je slaat een programma over dan heb je het programma ‘gemist’.  Als je nooit tv kijkt mis je helemaal niks. In meer dan 1 opzicht. Snap je wat ik bedoel?

Nu de dagen weer warmer worden en de natuur ons breed toelacht, wens ik u vooral heel veel tevredenheid en rust. En dat gevoel van missen… dat kunt u missen. Echt.